Memoranda lidorganisaties

In 2018 trok Kinderrechtencoalitie Vlaanderen aan de alarmbel. Ze tekende samen met tien organisaties beroep aan bij het Grondwettelijk Hof tegen de wet van 19 september 2017 die tot doel heeft om de frauduleuze erkenning van kinderen te bestrijden.

De organisaties stelden dat de wet indruist tegen de Belgische Grondwet en het Verdrag inzake de Rechten van het Kind van de Verenigde Naties schendt. 

Volgens de nieuwe wet tegen schijnerkenningen, die in werking trad op 1 april 2018, kan een ambtenaar van de burgerlijke stand van een gemeente weigeren de afstamming van een kind te erkennen als hij/zij meent dat de erkenning frauduleus is en er enkel op gericht is om een wettig verblijf te bekomen.

De maatregelen in deze wet, die als doel heeft frauduleuze erkenningen te bestrijden, zijn geheel disproportioneel en bovendien onnodig, aangezien er al verschillende mechanismes bestaan om fraude te bestrijden.

In haar arrest van 7 mei 2020 bekrachtigt het Grondwettelijk Hof onze vraag dat de wetgever moet voorzien in een specifieke beroepsmogelijkheid bij de rechtbank tegen beslissingen van de ambtenaar van de burgerlijke stand om een kind niet te erkennen. In afwachting van de nodige wetswijziging, moet een beroep bij de voorzitter van de familierechtbank mogelijk zijn.

Het Grondwettelijk Hof bevestigt bovendien dat het belang van het kind geanalyseerd en in aanmerking moet worden genomen bij alle beslissingen die het kind betreffen. Toch ziet het Hof geen graten in het feit dat volgens de wet de ambtenaar van burgerlijke stand geen rekening moet houden met het belang van het kind indien hij fraude vaststelt. Dat is een onduidelijk standpunt. Hoewel het Hof enerzijds stelt dat het belang van het kind de eerste overweging moet zijn bij elke beslissing die het kind aanbelangt, moet de ambtenaar van burgerlijke stand geen rekening houden met dit belang als hij eerst de fraude vaststelt. Betekent dit dat hij wel rekening moet houden met het belang van het kind in de voorafgaande fase, voordat hij die fraude effectief vaststelt? Gelukkig benadrukt het Hof dat het belang van het kind in elk geval wel moet worden onderzocht door het parket als er een voorafgaand onderzoek plaatsvindt en door de rechter tijdens de beroepsprocedure tegen een weigeringsbeslissing.

Een gedeeltelijke, maar belangrijke overwinning dus met een aanzienlijke verbetering van de rechtspositie van kinderen en hun ouders in deze procedures.

Meer informatie over de redenen van het opstarten van de procedure zijn te lezen op:

http://www.kinderenopdevlucht.be/nl/het-platform/news-events/persbericht-beroep-grondwettelijk-hof-schijnerkenningen.html

Meer informatie over de wet schijnerkenningen is te vinden op:

http://www.agii.be/nieuws/inwerkingtreding-wet-schijnerkenningen

Schijnerkenningen: hoe ver gaan in de strijd tegen misbruiken